Triumph Management over Groei, Identiteit, Technologie & Markten richting 2026+

Poky, 1000PS: Triumph heeft een grote modeloffensief gepland voor 2026. Wat is het belangrijkste strategische doel?

James Wood, Senior Global Product Marketing Manager, Triumph: Eerlijk gezegd, het is een beetje van alles. Bij Triumph willen we altijd groeien en het merk bij een nieuw publiek bekend maken. We doen dat op verschillende manieren. Zo hebben we de TXP-reeks van elektrische offroad-motoren gelanceerd, die Triumph introduceert bij een geheel nieuwe leeftijdsgroep—kinderen vanaf drie jaar oud. In de afgelopen jaren zijn we ook in offroad-motocross en enduro gestapt en hebben we de 660-serie uitgebreid. Het idee is om het merk toegankelijker te maken voor meer mensen, en vervolgens producten aan te bieden naarmate ze verder groeien. Dat vergroot het volume en helpt ons technologisch te groeien. We zijn in privébezit van John Bloor en alles wat we verdienen, wordt herinvesteerd in R&D. Zo behouden we ons concurrentievoordeel en ontwikkelen we ons assortiment verder.

Poky: Ik heb een Triumph gehad — mijn eerste motor was een Bonneville SE. Triumph wordt nog steeds sterk geassocieerd met moderne klassiekers. Is het moeilijk om dat erfgoed in balans te houden met jullie meer vooruitstrevende motoren?

Wood: Als je een kind zou vragen om een motorfiets te tekenen, zouden ze waarschijnlijk iets tekenen als een Bonneville — dat is waar we om bekend staan. Maar we zijn voorzichtig om geen enkele klant te vervreemden. We hebben kernwaarden bij Triumph: een Triumph moet authentiek, origineel en vol karakter zijn, met wendbaar, neutraal, vertrouwenwekkend rijgedrag, en het moet vooral leuk zijn. We geven daar op verschillende manieren uitdrukking aan. Met moderne klassiekers leunen we op ons erfgoed en de voortdurende productie sinds 1902. Tegelijkertijd hebben we een rijke racegeschiedenis—de eerste Isle of Man TT, en we wonnen de tweede—en dat voedt natuurlijk modellen als de Trident, Street Triple en Speed Triple. En aan de avontuurlijke kant is er een lijn zoals Ted Simons wereldreis op een Tiger. Wanneer je naar onze families kijkt, zie je hoe klassiekers, roadsters en avontuurbikes samenkomen. Een Scrambler 1200 is een goed voorbeeld: moderne avontuurlijke capaciteiten met de klassieke looks van Triumph. Dat alles past perfect binnen onze identiteit.

Poky: Wat is, met het oog op de toekomst, Triumph's missie op het gebied van technologie en duurzaamheid?

Wood: We blijven altijd vooruit streven en kunnen in deze markt niet zelfgenoegzaam worden. Een groot deel daarvan is luisteren naar klanten—duizenden elk jaar. Ik kan geen specifieke details geven over wat er komt, maar we volgen trends op de voet. Neem de Bonnevilles: mensen kopen ze om dezelfde redenen als altijd—mooi, geweldig klinkend, geweldig uitziend, en ze voelen speciaal tijdens het rijden. Maar we introduceren ook geoptimaliseerde bochten-ABS, tractiecontrole en LED-verlichting in het hele assortiment, omdat verwachtingen en standaarden blijven veranderen. Naarmate technologie meer verspreid raakt, zullen we het integreren in platforms zoals de Bonneville-hub. En ja, er komt spannende nieuwe technologie aan, maar ik kan daar nu nog niet verder op ingaan.

Poky: Maakt elektrificatie nog steeds deel uit van de toekomstvisie van Triumph op aandrijflijnen na de TE-1?

Wood: We hebben al een belangrijke stap gezet in elektrische motorfietsen met de TXP-familie van elektrische offroad-motoren voor jongeren, wat helpt om een nieuwe generatie aan het rijden te krijgen. Verder dan dat kan ik geen details geven, maar zoals je van een wereldwijde fabrikant mag verwachten, onderzoeken we alle opties, inclusief waar je naar vraagt. Er wordt veel onderzoek gedaan op dat gebied.

Poky: Wat zijn de belangrijkste technische uitdagingen voor Euro 5+ en mogelijk Euro 6?

Wood: Het is altijd een balans. Wanneer we een motor ontwerpen—emissies, vermogen, brandstofefficiëntie—proberen we te leveren wat klanten willen, terwijl we aan de wetgeving voldoen. Naarmate de regels strenger worden, moeten we slimmer worden. De update van de Tiger 900 laat dat zien: meer vermogen met minder uitstoot. We passen toe wat we leren uit ontwikkeling en uit de racerij. Sinds 2019 zijn we de enige motorleverancier voor Moto2, en die kennis stroomt terug naar de straatmotoren. Het verbeteren van de efficiëntie—zoals het verminderen van wrijving—kan zowel de emissies verlagen als de prestaties verbeteren. Dezelfde leermomenten ondersteunen verschillende motoren: een Speed Triple draait om prestaties, terwijl een Trident of Tiger Sport misschien meer nadruk legt op efficiëntie, maar de technische basisprincipes zijn hetzelfde.

Poky: Hoelang blijft Triumph zich inzetten voor Moto2, en is het nog steeds strategisch zinvol?

Wood: Moto2 is een ongelooflijk platform voor ons. Het begon als een vijfjarig contract vanaf 2019, en we hebben het met nog eens vijf jaar verlengd omdat de samenwerking met Dorna voor beide partijen uitstekend werkt. Rijders zijn dol op de motor; rondetijden en records blijven verbeteren, en de balans van vermogen en koppel van de driecilinder is een geweldige stap van Moto3 naar Moto2 naar MotoGP. Om die redenen zie ik de samenwerking in de nabije toekomst doorgaan.

Poky: Jullie bouwen veel motoren in Thailand en India. Is er enige kans op meer productie in het VK?

Wood: We produceren nog steeds in het VK, en we hebben fabrieken wereldwijd — VK, Thailand, Brazilië, India. Het belangrijkste punt is dat elke fabriek dezelfde processen en procedures volgt. Goede productie draait om het proces: voer het correct uit en je krijgt een goed product. Alle fabrieken zijn opgezet door dezelfde teams als onze productie in het VK. We gebruiken computergestuurde koppelinstellingen, met controlesporen voor elke bout. Zelfs operaties zoals het aandraaien van cilinderkopbouten worden uitgevoerd door geprogrammeerde meerassige machines in een vaste volgorde. Dat garandeert dezelfde Triumph-kwaliteit, ongeacht waar de motor wordt gebouwd.

Poky: Zijn over-the-air updates iets waar jullie aan werken?

Wood: Ik kan geen specifieke details geven, maar net als bij het vorige onderwerp, bekijken we alle opties.

Poky: Is Europa nog steeds jullie grootste markt?

Wood: Per individueel land is de VS de grootste qua volume. We beschouwen landen als Duitsland en Frankrijk als aparte markten; in die zin is de VS nummer één. Europa als geheel is misschien gezamenlijk de grootste, maar individueel leidt de VS.

Poky: Wat betekent dat voor productplanning en R&D?

Wood: Elke markt is belangrijk. We zijn zeer data-gedreven en ontwikkelen producten waar er kansen zijn. De 400's zijn uitstekend voor Europa — voor beginners en instaprijders — maar ook voor opkomende markten. Wat vanuit een westers perspectief als een instappunt wordt gezien, kan elders een grote motor zijn, zoals in India. Dus we kijken naar klantvraag en volume potentieel in verschillende regio's en bouwen producten die aan die behoeften voldoen.

Poky: Moet een nieuw product geschikt zijn voor alle markten om de moeite waard te zijn?

Wood: Niet noodzakelijk. Motocross is bijvoorbeeld enorm groot in Amerika. Zelfs als het in sommige landen kleiner is, kunnen we het nog steeds ontwikkelen als de algehele kans sterk is in belangrijke markten zoals Amerika, Duitsland, Frankrijk en andere. Nieuwe motoren vereisen grote investeringen, dus de beslissing is altijd een holistische: is het totale voorstel logisch?

Poky: Zijn in een digitale wereld live evenementen nog steeds belangrijk voor Triumph?

Wood: Absoluut. Onze slogan is "For the Ride," en dat gaat verder dan de motorfiets zelf. Je investeert in een gemeenschap en een levensstijl—vrienden, vakanties, ervaringen, en zelfs met wie je je leven deelt. Dat omvat kleding, evenementen en rijervaringen zoals de wereld rondtoeren, trackdays of avonturen. In een digitaal tijdperk is het krachtig om los te koppelen en van je motor te genieten. We willen dat holistisch aanbieden. Uiteindelijk proberen we meer mensen de kans te geven om te rijden en deel uit te maken van die reis.

Poky: Hartelijk dank.

Wood: Dank je.