De juiste bandenspanning is een van die dingen die veel motorrijders wel weten, maar in de dagelijkse hectiek vaak over het hoofd zien. Vooral in het uitdagende Alpengebied kan een verkeerde bandenspanning ernstige gevolgen hebben: van verminderde grip in bochten tot verhoogde slijtage en zelfs kritieke veiligheidsrisico's tijdens het remmen. Wij hebben de gegevens van 50 actuele motormodellen bekeken en daaruit algemene richtlijnen voor verschillende motorklassen afgeleid. Deze tabel biedt een snel overzicht voor onderweg, zonder dat je de handleiding bij de hand hebt.

Bandenlucht voor jouw motor
Nooit meer verkeerde bandenspanning! De ultieme druktabel
De juiste bandenspanning maakt het verschil tussen veiligheid en rijplezier — vooral op uitdagende Alpenwegen. Onze uitgebreide tabel geeft nuttige richtlijnen voor alle motorradcategorieën, van lichte enduro's tot zware tourers. Een beknopte gids die je helpt de juiste bandenspanning bij het tankstation in te stellen, zelfs zonder handleiding.
&width=72&height=72&bgcolor=rgba_39_42_44_0&mode=crop)
nastynils
Gepubliceerd op 3-5-2025
De onzichtbare veiligheidsfactor: Waarom de juiste bandenspanning cruciaal is
Het belang van de juiste bandenspanning in alpiene gebieden
Voor motorrijders in de Alpen is de juiste bandenspanning essentieel. Op bochtige bergwegen met variërende asfaltkwaliteit kan een verkeerde spanning snel een veiligheidsrisico worden. Een te lage spanning vermindert de stabiliteit in snelle bochten en verhoogt het brandstofverbruik, terwijl een te hoge spanning de grip vermindert, vooral bij natte of gladde omstandigheden. De eerder genoemde waarden houden rekening met de speciale eisen voor motorfietsen in de Alpen en bieden een goed compromis tussen handling, stabiliteit en comfort. Afhankelijk van je rijstijl, belasting en route kan echter een persoonlijke aanpassing zinvol zijn. Uiteraard is de fabrieksaanbeveling in de handleiding altijd leidend! De waarden in deze tabel zijn alleen een back-up voor als je de handleiding niet bij de hand hebt.
Bandenspanning Richtlijnen per Motorklasse
Categorie | Cilinderinhoudsklasse | Gewichtsklasse (kg) | Bandenspanning voor (bar) | Bandenspanning achter (bar) |
---|---|---|---|---|
Naked Bikes / Roadster | - | - | - | - | - | 50-125 cc | 140-150 | 2,0-2,2 | 2,3-2,5 | - | 300-700 cc | 150-190 | 2,2-2,3 | 2,4-2,5 | - | 700-900 cc | 180-215 | 2,3 | 2,5 | - | boven 900 cc | 195-215 | 2,3 | 2,6-2,7 | Adventure / Reiseenduro | - | - | - | - | - | 125-300 cc | 140-170 | 1,8-2,0 | 2,0-2,2 | - | 300-700 cc | 170-215 | 1,8-2,2 | 2,2-2,5 | - | 700-900 cc | 200-230 | 2,0-2,2 | 2,3-2,5 | - | boven 900 cc | 230-260 | 2,2-2,5 | 2,5-2,9 | Supersport | - | - | - | - | - | 125 cc | 140-145 | 2,1 | 2,3 | - | 300-600 cc | 160-180 | 2,2 | 2,4-2,5 | - | 600-1000 cc | 180-195 | 2,2-2,3 | 2,5-2,6 | - | boven 1000 cc | 195-265 | 2,3-2,5 | 2,7-2,9 | Roller / Scooter | - | - | - | - | - | 50-125 cc | 115-120 | 1,8-2,0 | 2,0-2,2 | - | 125-300 cc | 130-170 | 2,0-2,2 | 2,2-2,4 | - | 300-400 cc | 200-205 | 2,2 | 2,5 | Scrambler / Classic / Café Racer | - | - | - | - | - | 125 cc | 130-145 | 2,0-2,2 | 2,2-2,4 | - | 300-700 cc | 150-200 | 2,2-2,3 | 2,4-2,5 | - | boven 700 cc | 195-210 | 2,3 | 2,5 | Lichte Enduros op grind | - | - | - | - | - | 50-125 cc | 100-105 | 1,5 | 1,8 | - | 125-350 cc | 105-130 | 1,6-1,8 | 1,8-2,0 | - | boven 350 cc | 130-160 | 1,8-2,0 | 2,0-2,2 |
Bandenspanning Tabel
Bandenspanning correct meten
Motorbanden
Voor een correcte meting moeten de volgende punten worden nageleefd:
- Meten bij koude banden: De bandenspanning dient altijd gemeten te worden bij koude banden, idealiter voordat de motor is verplaatst of na minstens 3 uur stilstand.
- Gebruik een kwaliteitsmanometer: Een nauwkeurig drukmeetapparaat is een kleine, maar zinvolle investering. Hier is een praktisch en compact apparaatje voor onderweg.
- Regelmatig controleren: Voor langere trips moet de bandenspanning altijd gecontroleerd worden. Ook tijdens meerdaagse ritten is een regelmatige controle aan te raden.
- Houd rekening met de belading: Bij volle belading of met passagier moet de bandenspanning volgens de fabrieksspecificatie met 0,2 tot 0,3 bar verhoogd worden.